'The real war will never get in the books' is een uitspraak van de Amerikaanse dichter Walt Whitman. Hij gaf daarmee aan dat er een groot verschil bestaat tussen de rauwe oorlogservaringen van soldaten en burgers enerzijds en de optekening van die ervaringen in geschiedenisboeken anderzijds. Ook auteurs als Stendhal en Tolstoj wezen er al op dat de meeste pogingen om veldslagen in een goed leesbare verhaalvorm te gieten een gevaarlijk vertekend beeld opleveren: chaotische en angstige ervaringen verdwijnen naar de achtergrond en oorlog wordt voorgesteld als een soort ‘schaakspel’, waarbij generaals de belangrijkste spelers zijn en hun troepen vrijelijk over het slagveld bewegen en aan het eind de slimste en heldhaftigste partij wint.
Dit vertekende beeld is niet zonder gevolgen: menig aspirant-soldaat heeft zich laten verleiden dienst te nemen door zulke heroïsche verhalen, om er vervolgens achter te komen dat bij een échte oorlog weinig heroïek komt kijken. Nu wordt de schuld voor dit vertekende beeld vaak bij de invloedrijke slagveldbeschrijvingen uit de klassieke geschiedsschrijving gelegd: van Herodotus en Thucydides tot Tacitus en Ammianus Marcellinus worden dergelijke beschrijvingen inderdaad gekenmerkt door een grote eenvormigheid van plotwendingen, beelden en verklaringen. En toch… wie goed leest, ziet dat klassieke geschiedsschrijvers over een heel scala aan verteltechnieken beschikken, die ieder op hun eigen manier recht proberen te doen aan de kentheoretische, morele en ideologische problemen die het beschrijven van oorlog met zich meebrengt.
Aan de hand van een aantal slagbeschrijvingen zal Huitink laten zien hoe klassieke geschiedsschrijvers oorlog verbeelden en wat we daarvan kunnen leren over hoe we vandaag de dag over oorlog zouden kunnen en moeten spreken.
Dr. Luuk Huitink is universitair docent Klassiek Grieks aan de UvA.